De financiële middelen
Ontvangsten
In 2016 bedroegen de ontvangsten uit verkeer 202,5 miljoen euro. Dat is minder dan in 2015, als gevolg van de daling van het aantal ritten na de aanslagen (gedeeltelijke sluiting van het net) en het feit dat klanten de overstap maken naar het bovengronds net waar het moeilijker is om zwartrijden te bestrijden. De gevolgen waren vooral merkbaar bij de rittenkaarten (occasionele reizigers), die verhoudingsgewijs de hoogste winstmarge opleveren. Sinds november 2016 is er opnieuw een toename van de ontvangsten, die de curve van de rittenaantallen in het openbaar vervoer volgt. De lagere inkomsten uit het verkeer zijn ook het gevolg van de beslissing om de prijs van het schoolabonnement voor het eerste kind te verlagen (50 euro in plaats van 120 euro). De reclameontvangsten stijgen met 17,2% door de uitbreiding van het aantal uithangborden. De huuropbrengsten nemen toe met 11,8% dankzij de ontwikkeling van winkels in de metro.
Uitgaven
De werkingskosten van de onderneming bedragen 610.014 miljoen euro. De loonkosten (426.629 miljoen euro) blijven stabiel in vergelijking met 2015. De financiële impact door de toename van het aantal personeelsleden wordt gecompenseerd door de daling van de kosten voor inactieve werknemers. De exploitatiekosten (excl. personeelskosten) dalen zeer lichtjes (104.997 miljoen euro), ondanks de hogere elektriciteitskosten en de stijging van de brandstofkosten door het gecombineerd effect van de hogere kilometerproductie en het daarmee verbonden verbruik.
Dekkingsgraad
De MIVB volgt de evolutie van haar dekkingsgraad "ESR" op, berekend volgens een door het Instituut voor Nationale Rekeningen aanbevolen methode. In die berekening worden niet alle rubrieken van lasten en opbrengsten opgenomen. In 2016 werd 41,10% van de uitgaven van de onderneming gedekt door eigen inkomsten, subsidies niet meegerekend. Sinds 2014 wordt de jaarlijkse dotatie die de MIVB toelaat haar vervoeraanbod te verbeteren beschouwd als een subsidie en niet als een vergoeding voor transportprestaties. Bijgevolg wordt deze dotatie uitgesloten van de berekening. Dat heeft een negatieve impact op de dekkingsgraad, omdat de uitgaven sneller stijgen dan de verkeersontvangsten, die niet alle transportkosten dekken. Het fenomeen tekent zich steeds duidelijker af, omdat de dotatie voor de verbetering van het aanbod de voorbije jaren sterk is gestegen.
